GENEZING OP SABBAT
1 Op een andere keer ging Hij naar de synagoge waar een man aanwezig was met een verschrompelde hand. 2 Zij hielden Hem in het oog of Hij hem op sabbat zou genezen, met de bedoeling Hem daarvan te beschuldigen. 3 Hij zei nu tot de man met de verschrompelde hand: “Kom in het midden staan.” 4 Daarop stelde Hij hun de vraag: “Mag men op sabbat goed doen of kwaad, iemand redden of doden?” Maar zij zwegen. 5 Toen liet Hij toornig, maar tegelijkertijd bedroefd om de verstoktheid van hun hart, zijn blik rondgaan en zei tot de man: “Steekt uw hand uit.” Hij stak zijn hand uit en deze was weer gezond. 6 En de Farizeeën gingen naar buiten en aanstonds smeedden zij met de Herodianen plannen om Hem uit de weg te ruimen.